-
Gebruiksaanwijzing In de benzinetank gieten, bij voorkeur vóór het tanken. Normaal gebruik: 1 flacon alle 2.000 km. Bij vervuilde kleppen en verstuivers, bij inrijden: 1 flacon gedurende de eerste 3 tankbeurten, daarna onderhoudsdosis. Bij intensief gebruik, stadsverkeer, enz.: 1 flacon bij iedere tankbeurt.
-
Verhoogt het octaangetal (RON) met 2 tot 5 punten.Vermindert en voorkomt pingelen van de motor.Voorkomt mechanische schade veroorzaakt door pingelen.Verbetert de motorprestatie en de acceleratie.Vermindert het benzineverbruik.Kan gebruikt worden in gelode of loodvrije benzine.Bevat geen loodverbindingen.Voor alle benzinemotoren.
-
-
-
-
-
-
-
Houdt het brandstofsysteem proper.Vermindert de toename in octaanbehoefte.Voorkomt neerslag in de carburator en op verstuivers en kleppen.Smeert de injectoren, de kleppen, het brandstofsysteem en het bovengedeelte van de cilinders.Beschermt tegen roest en corrosie.Vergemakkelijkt het koud starten.Vermindert voortijdige ontsteking.Voorkomt ijsvorming in de carburator.Is geschikt voor gebruik in gelode of ongelode benzine en bevat geen bestanddelen die de katalysator kunnen aantasten.